Eric Brey - Labberdonia

(Eric Brey, Frans Mulder, Alfred van den Heuvel en Hans van der Woude)

Wij boeren en boerinnen, wij werken dag en nacht
Wij ploegen en wij spinnen, en wij zingen uiter macht
Labberdie labberda labberdonia
Zakdoekje leggen, niemand zeggen
Kadee kadulle kakeda
En wij zingen uitermacht: Cecilia ju-ju-ju ju-ju-ju-ju ju

Wij spitten en wij spaaien wel twaalf maanden lang
Wij zaaien en wij maaien, en wij zingen dezen zang
Jutekei jutekei jutekei sasa
Hup supengroattenbrij en ik scil dij wol krije
Hup supengroattenbrij en krije scil ik dij
Labberdie labberda labberdonia
Zakdoekje leggen, niemand zeggen
Kadee kadulle kakeda
En wij zingen dezen zang: Cecilia ju-ju-ju ju-ju-ju-ju ju

Wij bakken boekweitkoeken, die smaken ons zeer wel
Wij dragen lijnen broeken, en wij zingen even hel
Van je tsjingela tsjingela hopsasa
Gieze gaze gauze, ronflon flauze
Vive la peperbusse, vive la spa
Jutekei jutekei jutekei sasa
Hup supengroattenbrij en ik scil dij wol krije
Hup supengroattenbrij en krije scil ik dij
Labberdie labberda labberdonia
Zakdoekje leggen, niemand zeggen
Kadee kadulle kakeda
En wij zingen even hel: Cecilia ju-ju-ju ju-ju-ju-ju ju

Wij gaan een pintje drinken des zondags na de noen
Wij dansen en wij klinken, en wij zingen in het groen
Fikedom fikedom fikederidom
Nooit kwam Berend Botje weerom
Ik stond er bij en ik keek er naar
Van je tsjingela tsjingela hopsasa
Gieze gaze gauze, ronflon flauze
Vive la peperbusse, vive la spa
Jutekei jutekei jutekei sasa
Hup supengroattenbrij en ik scil dij wol krije
Hup supengroattenbrij en krije scil ik dij
Labberdie labberda labberdonia
Zakdoekje leggen, niemand zeggen
Kadee kadulle kakeda
En wij zingen in het groen: Cecilia ju-ju-ju ju-ju-ju-ju ju

Dan gaan we nikke-nakken en boven op de bok
Wij legen onze zakken en gaan met de vrouw op stok
Van je ram plan plan van je mosselman
Van linksom rechtsom draait mijnen steen
Rom bom, wat maal ik er om
Fikedom fikedom fikederidom
Nooit kwam Berend Botje weerom
Ik stond er bij en ik keek er naar
Van je tsjingela tsjingela hopsasa
Gieze gaze gauze, ronflon flauze
Vive la peperbusse, vive la spa
Jutekei jutekei jutekei sasa
Hup supengroattenbrij en ik scil dij wol krije
Hup supengroattenbrij en krije scil ik dij
Labberdie labberda labberdonia
Zakdoekje leggen, niemand zeggen
Kadee kadulle kakeda
En gaan met de vrouw op stok: Cecilia ju-ju-ju ju-ju-ju-ju ju

Ik hoef geen geld te tellen, wij willen maar een ding
Kunt u mij soms vertellen: wat bedoel ik als ik zing
Schiet spoele sjerrebekke spoel za
Dzjikke dzjakke, kerre koltjes, klits klets
Voor de kleine poppedijne en de grote bim-bam
Van je ram plan plan van je mosselman
Van linksom rechtsom draait mijnen steen
Rom bom, wat maal ik er om
Fikedom fikedom fikederidom
Nooit kwam Berend Botje weerom
Ik stond er bij en ik keek er naar
Van je tsjingela tsjingela hopsasa
Gieze gaze gauze, ronflon flauze
Vive la peperbusse, vive la spa
Jutekei jutekei jutekei sasa
Hup supengroattenbrij en ik scil dij wol krije
Hup supengroattenbrij en krije scil ik dij
Labberdie labberda labberdonia
Zakdoekje leggen, niemand zeggen
Kadee kadulle kakeda
En wie is in godsnaam die Cecilia ju-ju-ju ju-ju-ju-ju ju-ju-ju-ju ju